Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

Gepubliceerd op 17-03-2020

klos

betekenis & definitie

klos - 1°. Teelbal, balzak; eig. ‘blokje (hout)’.

Vier hammen, aan een spit met twee klosjes, 336 Onderscheidene Drink-Conditiën 7 [± 1830].2°. Vagina. Voor deze bet. moet worden uitgegaan van de spinnerijterm klos ‘garenspoel, draaiend om een spil’ (zie dat woord); (Aant. BOEKENOOGEN). Hierbij: klossen, cohabiteren. Een amorues vrouken van auontueren beriep my te dossen al moedernaect, St. 1, 67 [vóór 1524].