Ensie 1947

Redactie H.A. Enno van Gelder, Jakob Pieter Kruijt, Jan van den Brink, Johan Valkhoff (1947)

Gepubliceerd op 05-06-2019

Notariaat

betekenis & definitie

De maatschappelijke functie van de notaris bestaat in de eerste plaats in het opmaken van acten omtrent handelingen en feiten, welke het burgerlijk en het handelsrecht betreffen.

In vele gevallen eist de wet op straffe van nietigheid, dat de rechtshandeling bij een authentieke acte tot stand komt, b.v. de huwelijksvoorwaarden, de hypotheek en de oprichting van een naamloze vennootschap of een coöperatieve vereniging. Doch ook indien de authentieke acte niet dwingend is voorgeschreven, is het voor hen die aan rechtsverkeer deelnemen in verband met het bewijs van belang, dat een acte van hunne handelingen wordt opgemaakt. Gewapend met de acte kunnen de belanghebbenden in dit geval óf een procedure voorkomen, óf in een geding hun rechten bewijzen.

Ter nadere uitwerking van art. 1905 van het B.W. verklaart art. 1 van de Notariswet de notaris met uitsluiting van anderen bevoegd tot het opmaken van authentieke acten wegens alle handelingen, overeenkomsten en beschikkingen, tenzij de wet deze bevoegdheid geheel of mede aan anderen heeft voorbehouden. De ambtsbediening van de notaris is echter beperkt tot het privaatrecht, waar de bevoegdheid tot het opmaken van publiekrechtelijke acten steeds aan speciale ambtenaren is opgedragen.

Volgens art. 1 der Notariswet is de notaris ‘openbaar ambtenaar’. Hij is mitsdien met een deel van het staatsgezag bekleed en hierop berust zijn bevoegdheid tot het verlijden van authentieke acten. De authentieke acte heeft meer bewijskracht dan de onderhandse, terwijl haar ingevolge art. 436 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering tevens executoriale kracht toekomt, d.w.z. zij kan in rechten ten uitvoer worden gelegd en staat in dit opzicht grotendeels gelijk met een vonnis. Gezien het feit, dat aan de notariële acte bijzondere kracht is toegekend, zijn in de Notariswet tal van formele eisen voor haar totstandkoming gesteld, terwijl daarnevens in het B.W. voor de testamenten — naast de ingevolge de Notariswet geldende — nog bijzondere voorschriften zijn gegeven.

Hoewel de notaris ingevolge uitdrukkelijke wetsbepaling ambtenaar is, staat hij niet in een hiërarchisch dienstverband jegens de Staat. Het notariaat is geen bezoldigd staatsambt; de notaris kan hun, die van zijn diensten gebruik maken, honorarium in rekening brengen. De Ambtenarenwet is dan ook niet op de notarissen van toepassing. De notaris wordt door de Kroon voor het leven benoemd. De Notariswet geeft van de functie van het notariaat echter slechts een zeer onvolledig beeld. Zij gaat er namelijk van uit, dat de werkkring van de notaris uitsluitend bestaat in het verlijden van acten.

De maatschappelijke taak van het notariaat omvat echter in de practijk veel meer. Zij toch, die van de diensten van de notaris gebruik maken, zijn op het gebied van het recht gewoonlijk leek en zelf niet in staat te beoordelen op welke wijze beoogde rechtsgevolgen het best in het leven kunnen worden geroepen en welke rechtsfiguren daarvoor in bepaalde gevallen het meest dienstig zijn. De belanghebbenden hebben behoefte aan voorlichting en zo werd de notaris in de practijk deskundig adviseur en vertrouwensman; in het bijzonder wat het huwelijksgoederenen het erfrecht betreft. Doch ook op andere gebieden van het burgerlijk recht, alsmede terzake het handelsrecht. De belanghebbenden vertrouwen de notaris hunne vermogensbelangen toe. In de practijk verricht het notariaat daardoor tal van werkzaamheden, welke in verband staan met de op te maken acte, de z.g. ‘buitenwettelijke werkzaamheden’.

Zo stelt de notaris bij overdracht van onroerend goed een onderzoek in naar de beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder, gaat hij na of op het over te dragen goed ook hypothecaire of andere lasten drukken en verricht hij verder al hetgeen nodig is om de verkrijger een onaantastbaar recht te bezorgen.

Terzake te zijnen overstaan te houden publieke veilingen van roerende en onroerende goederen verricht hij tal van voorbereidende werkzaamheden. Veelvuldig wordt door zijn bemiddeling hypothecair crediet verschaft. Hij geeft verder adviezen terzake de oprichting van maatschappen, vennootschappen en coöperatieve verenigingen. Ook is de notaris op sommige gebieden van het fiscaalrecht deskundig adviseur, i.h.b. met betrekking tot de successie- en de registratiebelasting. Successiememories worden gewoonlijk door bemiddeling van het notariaat ingediend en in verband met de overdracht van vast goed en oprichting van vennootschappen dient de notaris belanghebbenden van advies terzake de registratierechten.

Samenvattend kan worden gezegd, dat het notariaat maatschappelijk de rechtszekerheid bevordert, zowel door het opmaken van acten, als door het geven van deskundige adviezen; een en ander voorzover betrekking hebbende op het burgerlijk en het handelsrecht. Bij het opmaken der acten wordt zoveel mogelijk naar rechtszekerheid gestreefd, opdat in de toekomst procedures worden voorkomen.

In de notariële practijk kan niet worden geëxperimenteerd. De rechtszekerheid zou anders in gevaar komen. Voorzichtigheid, bezonnenheid en een zeker conservatisme verdienen aanbeveling. Een gevolg hiervan is dat het notariaat weinig invloed heeft op de rechtsvorming.

Waar de notaris vertrouwensman is van alle belanghebbenden, verschaft deze positie hem verder de mogelijkheid, bij geschillen partijen tot elkaar te brengen. Dit geldt i.h.b. voor moeilijkheden bij onverdeelde boedels. Dat terzake van het huwelijksgoederen- en erfrecht gerezen geschillen zo betrekkelijk weinig tot procedures leiden is te danken aan de maatschappelijke functie van het notariaat. De bespreking van het notariaat dient aan die van het Burgerlijk Procesrecht, hetwelk betrekking heeft op de gevallen dat partijen hun geschillen aan het oordeel van de rechter onderwerpen, vooraf te gaan.

Y. K. DE BOER