De inzameling van harsen in de tropische wouden heeft een groot deel van haar betekenis verloren, sinds de kunstharsen zo algemeen worden toegepast. Door hun grotere homogeniteit en zuiverheid worden deze veelal geprefereerd boven het natuurproduct.
Indonesië heeft één groot westers georganiseerd bedrijf voor de productie van terpentijn, dat als bijproduct colophonium levert, vnl. voor de papierindustrie en het batikbedrijf. Alle andere harssoorten worden daar, zowel als elders (Afrika, Arabië, Voor-Indië, Australië enz.) in de tropen en subtropen door de verzamelnijverheid der bevolking op de markt gebracht.
Sinds 1924 exploiteert Indonesië de pijnbossen in Groot-Atjeh (Pinus merkusii) door in de bomen tapvlakken van 10 cm breedte te kappen tot een eindje in het spint. Door de wond telkens aan de bovenzijde te vernieuwen, blijft de balsem uit de harsgangen in het spint toevloeien.
Door stoom wordt de terpentijn gedestilleerd, terwijl het colophonium in de ketel achterblijft. In 1940 was de productie 7000 ton hars en 2000 ton terpentijn.Copal wordt rechtstreeks aan de boom ingezameld. De tapwond gaat tot aan het cambium en wordt evenals bij de terpentijnwinning aan de bovenzijde telkens vernieuwd. De copal wordt enige dagen na het maken van de wond als zachte copal ingezameld. Oogst men 3 maanden na de wondvernieuwing, dan verkrijgt men de duurdere harde copal. Opgegraven copal, ontstaan uit zeer oude wondvloeiingen, levert de beste kwaliteit. Nieuw-Zeeland levert de hoogst gewaardeerde kauricopal.
De Congocopal is weinig minder. In Indonesië, dat 12 000 ton exporteert, verkrijgt men de copal uit de Agathis alba. De bospercelen, daarvoor .vrijgegeven, noemt men gewoonlijk damarconcessies, hoewel de damar gewoonlijk niet verzameld wordt. De damar komt uit het spint van een zeer groot aantal boomsoorten van de familie der Dipterocarpaceae. De mooiste damarsoorten noemt men in Indonesië mata koetjing (kat tenoog). De export uit Borneo en Sumatra (10 000 ton) is bijna geheel gericht op de Ver.
St. Benzoë is het harsachtig product van 2 boomvormige soorten, dat verkregen wordt door de bast los te wrikken en te kneuzen. In blokken samengeperst wordt de benzoë uitgevoerd voor de bereiding van wierook en parfum. Tropisch Afrika en Azië leveren grote hoeveelheden, Indonesië slechts 2000 ton. Ook drakenbloed, een harsachtige afscheiding van de vruchten van de rotansoort Daemonorops Draco, is voor Indonesië slechts een klein product. Voor-Indië is de voornaamste producent.
