Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 28-02-2022

exercise

betekenis & definitie

I. uitoefenen, aanwenden, gebruiken; in acht nemen, betrachten [zorg]; (be)oefenen; laten exerceren, drillen; beweging laten nemen; bezighouden; op de proef stellen [’t geduld]; exercise the minds, de gemoederen bezighouden; be exercised in (one’s) mind, ergens over „tobben"

II. (zich) oefenen; exerceren; beweging nemen;

III. oefening; uitoefening; aanwending, gebruik; betrachting, beoefening; opgave, thema; exercitie; (lichaams)beweging.

< >