Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Gepubliceerd op 02-10-2020

Gloed

betekenis & definitie

Tot houtskool gebrand zaagsel, waar in ovens de gassen uitgebrand (gestookt) werden, zodat eigenlijk een zeer fijne houtskool ontstond, die zeer lang nagloeide en geschikt was als warmtebron in een komfoor of de test van een stoof. In 1941 was in Nederland nog één gloedfabriek aanwezig, die stond in het Westzijderveld te Zaandam en bekend stond onder de naam ‘Vesuvius’ van de firma S. van Vliet (later Joh.

Pater). Tijdens de oorlog werd weinig hout gezaagd en werd het voor de gloedfabriek dus moeilijk voldoende zaagsel te bemachtigen. Tijdens de verduisteringsperioden moesten de ovens van de fabriek bij zonsondergang worden gedoofd, aangezien uit de schoorstenen altijd een felle gloed oplaaide. Na de oorlog raakte de gloedfabricage in onbruik. De belangrijkste afnemers van de gloedfabriek waren de kerken (in verband met de stoven) en schippers.

< >