Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Gesprek

betekenis & definitie

Vroeg genre waarmee bij uitstek het mondelinge dialect uitgedrukt kon worden, evenals de Brijf, het Praatje (bijv. Schuitpraatje) en de Samenspraak.

Met name 17de-19de-eeuws gebruik, waarbij het besprokene, de plaats of de afgelegde route en de sprekende personen in de titel weergegeven worden. In de schoolmeesterrapporten staan eveneens diverse voorbeelden, voor dat doel vervaardigd. Niet alleen van belang om hun inhoud en maatschappijvisie, maar ook door hun voorkomen in periodes waarin voor de volkstaal weinig andere bronnen beschikbaar zijn. Voorbeelden:- ‘Zaamenspraak tusschen Pijter en Jaap, dij malkaar op de weg ontmuiten boeten Stijntilpoorte’ (door G. Cool, ca. 1829).
- ‘ Het Geld. Een gesprek in de Groninger taal tusschen Hindrik en Pijter, die malkaar ontmuiten tusschen de Horense Diek en Eelderwolde’ (anoniem, ca. 1820)

(zie GVA 1954).