Tehuis voor bejaarde onderwijzers en onderwijzersweduwen. Opgericht in 1827, in de Rozenstraat in de stad Groningen.
In 1826 werd de stad Groningen getroffen door een malaria-epidemie; in het bijzonder de onderwijzersstand leed onder die ramp, zodat vele onderwijzers van het nodige verstoken bleven. Op initiatief van R.G. Rijkens en de schoolopziener Van Swinderen slaagde een commissie van onderstand erin een viertal kamers aan te kopen, dankzij de milddadigheid van talrijke landgenoten. In 1833 werd nog ten bate van het gesticht het Tijdschrift voor onderwijzers en ter bevordering der huiselijke opvoeding opgericht; dit werd volgeschreven door Groningse onderwijsmensen (H. Braak, B. Brugsma, W.
Gleuns, D. Muller en R.G. Rijkens).
