Zoals de Kroniek van de Minnesinger uit de 13de eeuw vertelt, wordt de apostel Johannes, die naast Christus aanzat aan het Laatste Avondmaal en die zonder schade een glas vergiftigde wijn dronk waarover hij met lofwaardige voorkennis een kruisteken had gemaakt, bij de zegening van de wijn in Duitsland in herinnering gebracht. Op 27 december, de dag van de Evangelist Sint-Jan, brengen de gelovigen in Deidesheim de beste fles van hun gewas mee naar de kerk om deze te laten zegenen.
Deze Sint-Janswijn wordt als goed voor de gezondheid en de vruchtbaarheid beschouwd, en ook zou hij vrede brengen; hij wordt vaak gedronken uit een kom met 2 oren die van hand tot hand gaat rond de tafel om eendracht en onderlinge liefde van de aanzittenden te verzekeren. Ook bij huwelijken wordt Sint-Janswijn gedronken. In veel streken van Duitsland wordt geen andere wijn als ‘afscheidsdronk’ gedronken en zelfs Maarten Luther, zo vertelt men, nam deze traditie in acht.
