Alle stoffen, die deel hebben aan den opbouw der aarde, heeten gesteenten. Deze kunnen ontstaan zijn als stollingsproduct van een vulkanische massa, of als sedimenten.
Sedimenten zijn bezinkingsgesteenten, die gevormd zijn in het water, of door oplossing van gesteenten, of door organismen. Tot de sedimenten behooren:
1. De gesteenten van chemischen oorsprong bijv. zout, gips.
2. De gesteenten van organischen oorsprong en wel
a door dieren gevormd bijv. kalksteen, krijt, koralenkalk, dolomiet, aardolie, b door planten gevormd bijv. steenkolen, bruinkolen, veen, graphiet.
3. Puingesteenten bijv. rolsteen en grint in de rivieren; tuf (= vulkanische asch in water bezonken).
4. Gesteenten, gevormd door slib der rivieren bijv. klei, leem, beekbezinking. 5. Sedimenten aangevoerd door den wind bijv. duinzand.
Zie ook de art. Leem en Geologie.