Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Nicanor

betekenis & definitie

komt voor in 1 en 2 Macc., terwijl ook Jozefus over hem schrijft, Oudh. 12,17. Zijn vader heette Patroclus, 2 Macc. 8:9, en hij was een generaal en „vriend” van Antiochus Epiphanes, 1 Macc. 3 : 28.

Toen Antiochus naar het Oosten getrokken was, werd Nicanor met Gorgias en Ptolemeus van Dorymenes, in 166 v. Chr., door Lysias, dien Antiochus als bestuurder van het Westelijk deel van zijn rijk achtergelaten had, aan het hoofd van een leger gezonden naar Palestina, om den Maccabeeschen opstand neer te slaan.

Hij werd echter door Judas Maccabeus in een nachtelijken aanval bij Emmaiis verslagen, en moest vluchten, 1 Macc. 4.Later nogmaals met eene groote legermacht naar het Joodsche land gezonden door Demetrius, die zich na Antiochus’ dood van den Syrischen troon had meester gemaakt, leed hij opnieuw door Judas de nederlaag, te Capharsalama, 1 Macc. 7 : 1—32. En daarna geschiedde dit wederom te Bethoron en Adasa, in 161 v. Chr., op den 13en Adar. Zijn leger werd toen geheel verslagen, en hij zelf sneuvelde. Toen men hem den volgenden dag op het slachtveld vond, hieuw men zijn hoofd en rechterarm af, en hing die op te Jeruzalem. Elk jaar vierden de Joden daarna deze hunne overwinning als Nicanor’s dag, 1 Macc. 7 : 39—51; 2 Macc. 15.

Een andere Nicanor wordt genoemd als historieschrijver van Alexander den Groote.

Nog een andere Nicanor komt ter sprake bij het artikel Nicanorpoort.

In Hand. 6 : 5 wordt van een Nicanor gesproken als één der 7 diakenen, die toen in de Jeruzaiemsche gemeente verkozen waren. Van dezen is verder niets met zekerheid bekend.

< >