is de naam van de nauwe bergkloof, die van Jéricho Noord-Westwaarts het gebergte invoert in de richting van Bethel en Sichem en welks bezit dus uit strategisch en economisch oogpunt van groot gewicht is. Vandaar dat Jozua na de inname van Jéricho zich onmiddellijk door de kloof van Michmas richt tegen Ai en Sichem (Joz. 7 v.).
Vandaar ook, dat de Filistijnen, zoodra Benjamin onder leiding van Saul een poging doet ter herwinning der zelfstandigheid, zich bij Michmas legeren (1 Sam. 13 v). Vandaar ook dat de tegen Jeruzalem optrekkende Assyriër juist hier met groote voorzichtigheid ageert (Jes. 10 : 28).
Iedere flankaanval is hier gevaarlijk. Zie verder Noordtzij, Om de heilige erve 1 bl. 69 v.
Ook Jonathan de Hasmoneër heeft hier zijn hoofdkwartier gehad (1 Makk. 9 : 73).
