Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Rueter, wilhelm christian georg (‘georg’)

betekenis & definitie

Geb. Haarlem 8 maart 1875, overl.

Amsterdam 16 augustus 1966. Woonde en werkte vnl. in Amsterdam. Leerling van de Tekenschool voor Kunstambachten o.Lv. J. Visser, van de Rijksnormaalschool (1891-1894) olv. J.

D. Huibers en van de Rijksakademie te Amsterdam (1894-1896) olv. A. Allebé, C. L. Dake, R.

Stang en N. van der Waay. Schilderde, tekende, etste, lithografeerde portretten en stillevens (bloemen). Was ook glasschilder, bekend door zijn ramen in de Nieuwe Kerk te Delft en in de Pieterskerk te Leiden. Kunstnijveraar, toegepaste kunsten (kalenders, boekomslagen, titelbladen, ex-librissen), heeft postzegels ontworpen en houtsneden gemaakt. Tot 1940 washij lector aan de Rijksakademie voor Beeldende Kunsten te Amsterdam. Gaf o.m. les aan W. van Beek, J. Bruijn, A. Galema, G. J. Gerrits, A.

F. Hubeek, G Hund, J. H. Isings, J. W. Kiesewetter, W. van Lierop, A.

P. van Mever, W. L. H. Pieters en W. Polenaar. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Behaalde diverse onderscheidingen, w.o. in 1963 de zilveren medaille van de stad Amsterdam.

DORDRECHT -Dordrechts Museum: portret dr Stoop; portret Top Naeff DEN HAAG -Het Nederlandse Postmuseum: ontwerpen voor weldadigheidspostzegels (1924). HAARLEM -Frans Halsmuseum: mannenportret, LAREN (N.H.) -Singer Museum: meisje bij de piano; portret van A. Briët en van anderen. ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: portret van A. Allebé (gem. Georg Rueter 14); twee portretten (litho’s), UTRECHT -Centraal Museum: jeugd (1951); bloemstilleven 1948); portret van een vrouw (tekening). Rijkscollectie: bloemstilleven; tekeningen.

Overzichtstentoonstelling Stedelijk Museum Amsterdam (cat. 6-29/1/1951). Elsevier XLIII, 1912 (Kroniek), LH) 1917 (Kroniek), LV, 1918 (R. W P. de Vries jr, bldz. 375-384) en LIX, 1920 (Kroniek); Maandblad v. Beeldende Kunstenaars 1935 (bldz. 123) en 1946 (E. A. v. Beresteyn, bldz. 155-160).

H. H. van Calker: 'In het atelier van den schilder’ (bldz. 162-167), Amsterdam 1941. Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1970; Schwencke; Thieme-Becker; Van Hall I, II en port.; Waller.

< >