Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Mesker, johannes jacobus (‘jan’)

betekenis & definitie

Geb. Den Haag 25 februari 1843, overl.

Den Haag 7 september 1890. Leerling van P. Tetar van Elven en van J. P. Koelman; was een ‘vlijtig’ leerling van de Haagse Tekenakademie. Historieschilder, etser; als lithograaf was hij o.m. werkzaam voor de Kunstkronijk.

Gaf les aan T. L. Mesker.Tentoonstelling Den Haag 1883: Betsy; Oranje en Egmond te Willebroek in

1567.

OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: een liefdespaar (aquarel).

Kunstkronijk 1868 (bldz. 8 en 62), 1869 (bldz 6,18 en 66) en 1878 (bldz. 52).

Gram 1880; Luns; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Waller.

< >