Frans; geb. Dordrecht 7 november 1820, overl.
Dordrecht 25 juli 1909. Woonde en werkte in die stad, maakte in 1863 een reis naar Nederlands Indië. Leerling van HL F. Verheggen en van W. de Klerk. Later was hij bestuurslid en voorzitter van het Tekengenootschap ‘Pictura’ te Dordrecht. Schilderde en tekende landschappen en ook stalinterieurs met vee, hoofdzakelijk met schapen; heeft later ook geëtst en gelithografeerd.
Werkte meermalen samen met C. J. de Vogel, J. Rosierse en W. de Klerk. Gaf les aan A. J. Grootens. Op hoge leeftijd tekende hij reeds lang verdwenen stadsgezichten van Dordrecht uit zijn hoofd.Tentoonstellingen Amsterdam, Den Haag, Groningen en Rotterdam 1840-1886: gezicht op Dongen in Noord-Brabant; gezicht in het Ahrdal, bij Altenahr; stallen met schapen; verschillende landschappen met schapen en ander vee; herderlijk leven; enz.
DORDRECHT -Dordrechts Museum: stalinterieur met schapen; landschap met schapen; boomrijk landschap met vee; landschap met vee; schapen in de wei; 196 tekeningen en aquarellen; 151 etsen en 2 gipsplastieken. -Gemeentearchief: (w.o. de verzameling mr S. van Gijn ):ruim 20 tekeningen, w.o. in kleuren, O.I. inkt., enz. (meest landschappen), OTTERLO -Rijksmuseum Kröller-Müller: landschap (pentekening). ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: landschap met schapen; heuvellandschap met herder en kudde (tekening).
Tentoonstelling Dordrechts Museum (cat. 22/12/1961-1/3/1962).
Kramm; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek III; Scheen 1946 en 1969; Thieme-Becker; Van Hall port. ; Waller; Wurzbach.
