Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Grootens

betekenis & definitie

Adrianus Johannes; geb. Bergen op Zoom 15 juli 1864, overl.

Bloemendaal 27 oktober 1957. Woonde en werkte in Bergen op Zoom, Dordrecht, Buiksloot, Amsterdam, Oestgeest, Amsterdam, Bloemendaal van ca. 1940 af. Reeds op 8-jarige leeftijd op de Tekenschool te Bergen op Zoom o.l.v. J. ten Have te Dordrecht; leerling van de huisschilder Jan Karseboom, daarna raadgevingen van Fr. Lebret aldaar. Schilderde, aquarelleerde en tekende aanvankelijk landschappen, later meer portretten enz.

Ook graficus, etste en lithografeerde boekomslagen, titelbladen enz. Was ook glazenier. Gaf les aan P. H. Damave, C. Klees en C.

E. M. Küpper.Tentoonstelling Rotterdam 1894: seringen.

BERGEN OP ZOOM -Gemeente Museum Markiezenhof: vijf schilderijen. DORDRECHT -Dordrechts Museum: zelfportret; weide met geboomte; landschap met grillig gevormde bomen; dorpsgezicht; landschapje met grillige boomvorm; meisjesportret (aquarel). HAARLEM -Frans Halsmuseum: twee zelfportretten. LAREN (N.H.) -Singer Museum: werk in het prentenkabinet (2).

Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Van Hall port.; Waller.

< >