Zie Lopes de Leao.
Lebeau
Joris Johannes Christiaan (‘Chris’); geb. Amsterdam 26 mei 1878, overl. Dachau (Dld) 2 april 1945. Woonde en werkte in Amsterdam tot ca. 1899, Parijs 1899-1900, daarna in Haarlem (Antwerpen 1905-1908), Ned. Indië 1914-1915, daarna in Den Haag (Bloemendaal 1933-1934, Goeree 1935). Werd in november 1943 door de Duitsers gearresteerd en in 1944 op transport gesteld naar Dachau.
Leerling van de Quellinusschool (1892-1895), de Kunstnijverheidsschool 1895-1898 (olv. J. R. de Kruyff), de Rijksakademie te Amsterdam (1901-1903) en van de Akademie te Antwerpen (1905-1908). Van 1903-1905 hoofdleraar aan de Kunstnijverheidsschool te Haarlem. Schilderde portretten, tekende, etste en lithografeerde portretten, vogels, insekten, poezen, naakten enz. Maakte houtsneden (politieke prenten), ontwierp affiches, postzegels enz.
Kunstnijveraar, o.m. batikken, ontwierp behangsels, ontwerpen voor linnendamast en ook keramiek, glas enz. Gaf les aan A. F. van Alphen, B. L. A. Bake, H.
Beers, R R van den Berg, J. L. Bouman, J. Briedé, J. M. Daum, G.
Frederiks, J. J. Haak, H.J. M. Harten, W. A.
Knip, W. Meijer, B. Rahusen, J. W. Schutter, A. Spier, R J.
A. Stolk, K. Vegter, J. S. Vermeire, M. P.
J. van der Weiden en C. Wolf
ARNHEM -Gemeentemuseum: zelfportret (bruikleen), DEN HAAG -Gemeentemuseum : het jongetje op de witte zwaan (tekening); Enny Vrede als amoureuse (tekening); Enny Vrede als Seiden Mizzi (aquarel); duinlandschap (pentekening) ; batiks en glaswerk in het museum; grafisch werk in het prentenkabinet. -Het Nederlandse Postmuseum: een aantal houtsneden enz. en een aantal ontwerpen voor postzegels. ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: houtsneden. Rijkscollectie: zelfportret met Baskisch mutsje (1935); dodenmasker Herman Heijermans (penseeltekening, 1924). Verder werk in het Stedelijk Museum Amsterdam en in het Nationaal Glasmuseum Leerdam.
Herdenkingstentoonstelling Haags Gemeentemuseum (cat. 26/2-17/4/1966).
Elsevier XXXIII, 1907 (IV. van Meurs, bldz. 289-292), XLI, 1911 (Kroniek), LIII, 1917 (Kroniek), LVI, 1918 (Kroniek), LXVII, ,1924 (Kroniek), LXIX, 1925 (Kroniek), LXXVIII, 1929 (Kroniek); Maandblad v. Beeldende Kunsten 1924 (bldz. 341-342).
Mak van Waay; Maronier; Plasschaert; Scheen 1969; Schwencke; Thieme-Becker; Van Hall I, II en port.; Waller.