Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

Gepubliceerd op 03-04-2020

spier

betekenis & definitie

elk van de actief beweeglijke weefselstrengen waarmee het geraamte bekleed is en die door samentrekking en strekking de beweging van de delen veroorzaken. Naar hun microscopische bouw in twee groepen te verdelen:

a) dwarsgestreepte spieren; samengesteld uit veelkernige spiervezels, tot 12 cm. lang, die dwarsstreping vertonen (zijn gauw vermoeid). Contractie snel, door impulsen vanuit centrale zenuwstelsel,
b) gladde spieren; opgebouwd uit vezels en cellen, geen dwarsstreping. Contractie langzaam, ontstaat autonoom of door impulsen vanuit centrale zenuwstelsel. Zijn bijna onvermoeibaar, ➝ tetanie, ➝ tetanus, ➝ spierstofwisseling.