Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

ZIOR

betekenis & definitie

„kleinheid”, Joz. 15 : 54, een stad in Juda, wel hetzelfde als Zair, 2 Kon. 8 : 21; vermoedelijk thans Sair, een groot dorp, dat in de Oudheid al een nederzetting was, waarop de oude rotsgraven wijzen. Omdat de naam Zaïr lijkt op Seïr, het gebergte van Idumea, waar Esau woonde — en omdat er een fabel der rabbijnen was over de dood van Esau in deze streek, hebben de bewoners van Zaïr hier een moskee gebouwd, om Aisa (= Esau) de zoon van Isaäk hulde te bewijzen en zijn graf eer te geven.

< >