Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

GAIUS

betekenis & definitie

1. Een Macedoniër, metgezel van Paulus, die in het theater te Ephese werd gesleept, Hand. 19 : 29.

2. Een man uit Derbe, die Paulus op de reis door Azië vergezelde, Hand. 20 : 4.
3. Een Christen te Corinthe, die door Paulus persoonlijk was gedoopt en hem gastvrijheid bewees, Rom. 16 : 23; 1 Cor. 1 : 14. Sommigen houden deze G. voor dezelfde als de 3 Joh. : 1 genoemde. Anderen vereenzelvigen de sub 2 genoemde met de sub 3 vermelde.

< >