wijken
...
Wiktionary (2019)
wijken - Werkwoord 1. ergatief voor iets uit de weg gaan ♢ Zij waren geweken voor de onverhoedse aanval. 2. ergatief niet langer een bedreiging zijn ♢ De koorts is gelukkig wat geweken wijken - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van he...
Muiswerk Educatief (2017)
wijken - onregelmatig werkwoord uitspraak: wij-ken 1. uit de weg gaan, opzij gaan ♢ de vijand moest wijken voor ons leger 2. schuin naar achteren staan ♢ de muur wijkt een beetje Onre...
Van Dale Uitgevers (1950)
(week, is geweken), 1. tengevolge ener inwerkende kracht zich achterwaarts van zijn plaats bewegen, teruggaan, zwichten : de lucht wijkt bij de minste beweging ; het beschot week onder de druk; dra ziet de bedevaartganger de grendels wijken aan de stramgeroeste poort (Staring); — de vijand moest wijken, zich terugt...
M. J. Koenen's (1937)
week, i. geweken (1 achteruitgaan, uit de weg gaan; vluchten; 2 fig. toegeven): 1. voor den vijand wijken; voor iem. ter zijde gaan, plaats maken; voor de overmacht wijken; het gevaar is geweken, bestaat niet meer; 2. voor deze vriendelijke aandrang week hij.
Jozef Verschueren (1930)
('wijkən) (week, is geweken) 1. achteruit, uit de weg gaan : wijk niet van daar; voor de vijand -; voor iemand ook Fig. hem als zijn meerdere erkennen. → duimbreed, plank, voetbreed. 2. zich verwijderen : het gevaar is geweken. →: lijn. 3. toegeven : voor vriendelijke aandrang -. 4. de namen der inwoners van een stadswijk in een r...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: