Wat is de betekenis van Uitzettingscoëfficiënt?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Uitzettingscoëfficiënt

m. (-en), (nat.) getal dat de volumevermeerdering van 1 cm3 ener stof aangeeft bij verwarming van 0° tot 1° C.

2025-07-16
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Uitzettingscoëfficiënt

(1), lineaire U., getal aangevend de lengtevermeerdering die 1 cm van een stof ondergaat bij verwarming van 1 gr. C.; (2) kubieke U., getal aangevend de volumevermeerdering, die 1 cm3 van een stof ondergaat bij verwarming van 1 gr. C. De kubieke U. is ongeveer 3 maal de lineaire.

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

uitzettingscoëfficiënt

m. uitzettingscoëfficiënten (de volumeverandering van 1 cm3 van een stof bij verwarming van 0° C. tot 1° C.).

2025-07-16
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Uitzettingscoëfficiënt

verhoudingsgetal aangevende de uitzetting, die een bepaald lichaam onder den invloed v. warmte ondergaat; onderscheiden in kubieke u., wanneer het de vaststelling v/d volumevermeerdering en lineaire u., wanneer het de toename, v/e lengtemaat betreft. Over liet algemeen is de n. groeier v. gassen dan v. vloeistoffen en v. deze weer grooter dan v. va...

2025-07-16
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Uitzettingscoëfficiënt

→ Uitzetting (natuurkunde).

2025-07-16
Algemeen Technisch woordenboek

H.J. van Eyk (1916)

Uitzettingscoëfficiënt

De breuk, welke aangeeft, met welk deel het volume van een lichaam bij verhooging van temperatuur is toegenomen.

2025-07-16
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Uitzettingscoëfficiënt

Uitzettingscoëfficiënt - 1) Kubieke, toeneming van het volume van een lichaam bij verwarming van 0° tot 1° C., gedeeld door het aanvankelijk volume. 2) Lineaire, toeneming van een lengteafmeting van een lichaam bij verwarming van 0° tot 1° C., gedeeld door de aanvankelijke lengte. Voor een isotroop lichaam is de lineaire u. voor verschillende richt...

2025-07-16
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Uitzettingscoëfficiënt

m. (-en), de relatieve grootteverandering van een stof per graad Celsius temperatuurverhoging. De meeste vaste stoffen zetten bij verwarming uit en krimpen bij afkoeling weer in. De mate van uitzetting hangt af van de aard van de stof en is evenredig met de lengte en (bij niet te grote temperatuurverschillen) met de temperatuurverhoging. Een staafj...

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Uitzettingscoëfficient

vergrooting per lengte-eenheid per warmtegraad, bij verwarming of afkoeling (water in ijs veranderend).