Wat is de betekenis van Uitgebreidheid?

v. (...heden), 1. (geheel abstr.) eigenschap welke elk lichaam heeft van een begrensd gedeelte der ruimte te beslaan of in te nemen; — met betr. tot een bep. richting: uitgebreidheid in de lengte. 2. oppervlakte die iets beslaat: in uitgebreidheid verschillen die bezittingen enorm, in waarde veel minder. 3. (pregn.) grote opperv...

is in de meetkunde de gemeenschappelijke naam voor krommen, oppervlakken en meetkundige lichamen.

v. uitgebreidheden (uitgestrektheid, omvang): de uitgebreidheid v. e. rijk; van iems. macht.

Onder u. verstaat men die eigenschap of dat bijkomstig zijnde van de stoffelijke dingen, waardoor deelen buiten deelen worden geplaatst. Dat u. een eigenschap (zgn. accidens) van de stof is, en niet, zooals Descartes en vele anderen leeren, het wezen van de stof vormt, volgt o.a. hieruit, dat stoffelijke dingen hun wezenheid behouden, ook al verand...

('uit) v. (...heden) 1. Eig. uitgebreid zijn, uitgestrektheid : de van rijk. 2.Metn. in de natuurkunde, eigenschap van een lichaam om een begrensd gedeelte van de ruimte in te nemen. 3. Metf. omvang : de van een begrip. uitgebreid lager onderwijs ('uit) o. meer ontwikkeld lager onderwijs.

v. (-heden), 1. omvang; 2. oppervlakte die iets beslaat: in uitgebreidheid verschillen die bezittingen enorm, in waarde veel minder; (pregn.) grote oppervlakte; grote omvang: de uitgebreidheid van het terrein bemoeilijkt een grondig onderzoek.

een van de algemeene eigenschappen der lichamen, de eigenschap der lichamen n.l. van ruimte in te nemen. De grootheid dezer ruimte vormt den ruimte-inhoud van het lichaam, zijn volumen. Deze grootheid is echter niet absoluut, maar kan door inwerking van krachten vermeerderd of verminderd worden (zie Uitzetbaarheid en Sai mendrukbaarheid).

...