Wat is de betekenis van toevoer?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

toevoer

toevoer - Zelfstandignaamwoord 1. het pad waarlangs iets een bepaalde plek bereikt Daarmee raakte de toevoer van koelwater geblokkeerd. 2. datgene wat toegevoerd wordt De toevoer van koelwater is niet groot genoeg. toevoer - Werkwoor...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

toevoer

toevoer - zelfstandig naamwoord uitspraak: toe-voer 1. het ergens brengen of in doen ♢ de toevoer van benzine is geblokkeerd 2. dat wat toegevoerd wordt ♢ je auto rijdt niet als er geen toevoer...

2024-04-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

toevoer

aanvoer, voorsiening, toegevoer, aanbring, voorsien van.

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Toevoer

s., oan-, tafier.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Toevoer

I. m., 1. het toe- of aanvoeren, het brengen naar, aanvoer: er was een grote toevoer van levensmiddelen; de toevoer beletten; alle toevoer werd afgesneden; 2. (-en) wat aan- of toegevoerd wordt; aangevoerde hoeveelheid: de toevoer van kaas beliep 1000 kg; 3. weg waarlangs het aan- of toevoeren geschiedt: een ap...

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

toevoer

m. -en; aanvoer, het aanvoeren; hetgeen aangevoerd wordt of is: de toevoer van levensmiddelen afsnijden, verhinderen.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

toevoer

('toe) m. (-en) 1. Eig. het toevoeren: de van levensmiddelen afsnijden. 2. Metn. het toegevoerde.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Toevoer

m., 1. het aanvoeren: er was een grote toevoer van levensmiddelen; 2. weg waarlangs het aan- of toevoeren geschiedt; een apparaat met een eigen toeen afvoer; 3. wat aangevoerd wordt.