Wat is de betekenis van toevoeren?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

toevoeren

toevoeren - Werkwoord 1. (ov) ergens heen brengen toevoeren - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord toevoer Woordherkomst samenstelling van toe(bijwoord) en voeren(werkwoord) Verwante begrippen afleveren, inleveren, leveren, bezorgen, terugbezorgen

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

toevoeren

toevoeren - regelmatig werkwoord uitspraak: toe-voe-ren 1. erbij doen ♢ ? 2. iets ergens brengen of in doen ♢ er werd brandstof aan de machine toegevoerd Regelmatig werkwoord: ...

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Toevoeren

v., oanfiere.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Toevoeren

I. (voerde toe, heeft toegevoerd), 1. (personen) ergens heen geleiden: een gezantschapsreis naar Denemarken, waar hij Christiaan II diens schone bruid, Isabella, had toegevoerd (Bosboom-Toussaint); 2. (een voorwerp) al dan niet met gebruik van enig vervoermiddel, ergens heen brengen: de reder laat zijn schip varen om van Oos...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

toevoeren

voerde toe, heeft toegevoerd; aanbrengen, voorzien van: den vijand levensmiddelen toevoeren.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

toevoeren

('toe) (voerde toe, heeft toegevoerd) aanbrengen, voorzien van: een vesting levensmiddelen -.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Toevoeren

(voerde toe, heeft toegevoerd), ergens heen brengen; grondstoffen aan een machine toevoeren.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Toevoeren

Toevoeren - (voerde toe, heeft toegevoerd), aanbrengen, brengen naar, voorzien van: eene esting krijgsvoorraad toevoeren. TOEVOERING, v. toevoer.