Wat is de betekenis van Theewater?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

theewater

1) (1911) (mar.) avondschaften. • De „boontjes" verschijnen om twaalf uur op tafel. In den namiddag kocnt er koffie met brood en die maaltijd draagt in marinetaal den onlogischen naam van „theewater". (Algemeen Handelsblad, 15/09/1928) • “Theewater! Aan je bakken!” roepen de matrozen. (K. Norel: Bij de marine. 197...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

theewater

theewater - Zelfstandignaamwoord 1. water om thee te zetten Ze steekt het gas aan onder de pannen en zet wat theewater op. Woordherkomst samenstelling van thee en water

2024-04-29
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Theewater

Theewater - (mar.) brood met koffie; versnaperingen.

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Theewater

s.n., théwetter (it); boven z’nzijn, oer jins bier wêze.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Theewater

o., 1. (thans alleen nog gew.) aftreksel van theebladeren, thee ; 2. (mar.) aftreksel van gemalen koffiebonen, koffie ; — theewater drinken, koffiedrinken om halfvijf of vijf uur ’s middags ; 3. (mar.) koffiemaaltijd, brood met koffie : het appèl wordt ’s avonds na theewater gehouden; 4. (mar.) versnaperingen: een mandje...

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

theewater

o. (water om thee te zetten); zegsw. hij is boven zijn theewater heeft te veel gedronken.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Theewater

o., 1. water om thee te zetten; boven zijn theewater zijn, aangeschoten of dronken zijn; 2. (marine) koffie; theewater drinken, lunch met koffie; een mandje theewater, versnaperingenpakket voor schepelingen.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)