Wat is de betekenis van sputteren?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

sputteren

sputteren - Werkwoord 1. kleine belletjes of druppeltjes spuug voortbrengen (zoals bij baby's) 2. (figuurlijk) zonder overtuigingskracht blijven tegenspreken 3. spetteren 4. (techniek) proces om een oppervlak met een uiterst dun laagje metaal te bedekken Woordherkomst [1-3] (freqtt) spuiten met het achtervoegsel -er [4] van he...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

sputteren

sputteren - regelmatig werkwoord uitspraak: sput-te-ren 1. zachtjes mopperen ♢ Mauro sputterde even, maar ging toen toch akkoord 2. een zacht, borrelend geluid maken ♢ de motor sputterde even, m...

2024-04-29
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

sputteren

stagneren, achterblijven Nu de Taiwanese economie sputtert, zijn er ook veel jonge Taiwanezen die naar China emigreren. (De Standaard) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 5 Vlaamsheid: 2

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

SPUTTEREN

(sputterde, heeft gesputterd), 1. kleine druppels of belletjes speeksel uitwerpen: het kind ligt te sputteren. 2. nijdige, maar machteloze bezwaren of grieven uiten: tegen iets sputteren. 3. (gew.) spatten, inz. hoorbaar: het sputtert en spat. 4. een geluid maken tussen sissen en knetteren: om een tak sputteren in damp en ro...

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

sputteren

sputterde, heeft gesputterd; verwant met spuiten: 1. pruttelend plassen, spatten; ook: klanknabootsing van korte op elkaar volgende geluidjes: het sputtert en spat; daar kwam een motorfiets aan sputteren; 2. voortdurend zijn ontevredenheid luchten; preutelen: sputteren tegen het ministerie.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

sputteren

('sputtərən) (sputterde, heeft gesputterd) spuiten 1. pruttelend plassen : - en spatten. 2. korte en op elkaar volgende geluidjes geven : een -de motorfiets. 3. zijn ontevredenheid luchten : tegen de overheid -.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

sputteren

(sputterde, heeft gesputterd), 1. kleine druppels of belletjes speeksel uitwerpen: het kind ligt te -. 2. nijdige, maar machteloze bezwaren of grieven uiten: tegen iets —; 3. een geluid maken tussen sissen en knetteren: om een tak de vlammen.

2024-04-29
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)