Wat is de betekenis van Spreekwoorden en uitdrukkingen met gedijen?

2024-04-27
Spreekwoordelijk Nederlands

Jan Meulendijks & Bart Schuil (1998)

Spreekwoorden en uitdrukkingen met gedijen

Die wel gedijt, die wordt benijd. Die zich zijn ambacht schaamt, gedijt niet. Een boom die gedurig verplant wordt, gedijt zelden. Gedijen als haren op een hond. Geld zo gewonnen, heeft nooit gedijd. Gestolen goed gedijt niet. Onrechtvaardig goed gedijt niet. Spijers zijn gedijers. Twee op enen tijd te vrijen, ziet men zelden wel gedijen. Vr...