Wat is de betekenis van Spreekwoorden en uitdrukkingen met benul?

2024-04-28
Spreekwoordelijk Nederlands

Jan Meulendijks & Bart Schuil (1998)

Spreekwoorden en uitdrukkingen met benul

Een Jan-onbenul. Een onbenul zijn. Ergens geen benul van hebben. Ergens geen flauw benul van hebben.