Wat is de betekenis van snufferd?

2025-07-16
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

snufferd

neus. neus; bij uitbreiding ook: gezicht. Voorbeelden: Gelukkig wachtte hij niet op een antwoord, hij blies felle rookwalmen in Maurice's snufferd. Hugo Claus, Het verdriet van België, 1983 Het vervoer met de calèches (paard met een karretje) verliep minder prettig. Een mindere kant van Egypte wat mij betreft...

2025-07-16
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

snufferd

(1925) (sch.) neus; gezicht. Een Rotterdams rijmpje gaat als volgt: 'Hee, sufferd'. 'Krijg het Witte Huis op je snufferd.' Zie ook: iets in de snufferd houden. • Héé buurtjes... jij auk Peerebul,... en jij Stoelematter,... bedanke jullie dâ trosroosie, juffer Gasmuntje... mit'n klap fan 'n meelsak op d'r snuifert! (Isra&eum...

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

snufferd

snufferd - Zelfstandignaamwoord 1. (informeel) neus 2. (informeel) gezicht Woordherkomst Naamwoord van handeling van snuffen met het achtervoegsel -erd

2025-07-16
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Snufferd

slangwoord voor ‘neus’, bij uitbreiding voor ‘gezicht’: ‘En met die bolknak in je snufferd, stond je mooi voor sufferd’ (Jan Mens: Erwachteen haven, 1950). Opzijn snufferd vallen is ‘op zijn gezicht vallen’. Een Rotterdams rijmpje gaat als volgt: ‘Hee sufferd. Krijg het Witte Huis op je snufferd!’ Overal zijn snufferd insteken is ‘zich overal mee b...

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

snufferd

m. (-s) 1. neus. 2.uitbr. gezicht.

2025-07-16
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)