Simpliciter
[Lat] eenvoudig, zo maar; niet beperkt tot bep. opzicht (vgl. secundum quid).
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
adv. eenvoudig, overdr., kort en bondig, enkel, louter, sententiam referre, Cic., ludere eum, Liv.; eenvoudig = op en voor zich zelf, .tegenover coniuncte, Cic., en comparate, Cic.; kunsteloos, zonder omhaal, frondes s. positae, Ov., s. loqui, Cic. | in ‘t bijz., eenvoudig, eerlijk, onomwonden, s....
Stephanus Axters (1937)
1. Enkclvoudigerwijze. 2. Eenvoudigweg en in zuiveren zin, QUAADVLIET III, 18, zonder meer.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: