schop
schop - zelfstandig naamwoord 1. harde stoot met je voet ♢ hij gaf de bal een schop 2. werktuig om mee te graven; breed blad aan een stok ♢ met deze schop heeft hij de tuin omgespit ...
Muiswerk Educatief (2017)
schop - zelfstandig naamwoord 1. harde stoot met je voet ♢ hij gaf de bal een schop 2. werktuig om mee te graven; breed blad aan een stok ♢ met deze schop heeft hij de tuin omgespit ...
Leendert Brouwer (2017)
Deze naam wordt wel beschouwd als een beroepsbijnaam, verwijzend naar het werktuig waarmee gewerkt wordt: de schop, of er kan sprake zijn van vervaardiging van schoppen, scheppen e.d.
Fink (1998)
Degene die met een schop naar verborgen dingen graaft, etaleert in de waaktoestand een kruiperige houding om in de gunst te komen - niet alleen op z’n werk, maar ook wanneer hij te maken heeft met hogere instanties. Wie een schop draagt maar er niet mee werkt, wil vermoedelijk iedereen bewijzen, hoe flink hij is.
Marc de Coster (1998)
op de - gaan grondig onderzocht, omgewerkt of herzien worden. Deze zegswijze ontstond begin j aren negentig. Vgl. op de schoen nemen. Hij vindt het fout dat het kabinet ‘het hele binnenlands bestuur op de schop neemt’, terwijl volstaan kan worden met het oplossen van de bestuurlijke problemen in een paar stedelijke gebieden. (Elsevier, 04/09/93)...
Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)
In het verwensingsversje stik, verrek, verrot, verteer enz. komt in Leiden de regel voor schop in je kloten, breekje poten! In schop zie ik geen gebiedende wijs, maar een elliptische verwensing (krijg een) schop in je kloten! Schop dan in de betekenis ‘trap’. De vloek duidt op woede, haat en andere ongeë...
Veerman (1954)
S. dienen voor het opscheppen van grond e.d. Ze bestaan uit een ca 25-30 cm lang en 22 cm breed blad met opgebogen rand. Het blad wordt gestansd uit staalplaat en niet gehard. De dul is met een hoek aan het blad verbonden. De in de dul bevestigde steel heeft meestal een T-, soms een D-handvat, doch heeft ook wel de vorm van een z.g. bokkepoot (dubb...
Fa. A.J. Osinga (1952)
1. s.; (trap), skop, traep, wâd. 2. s.; (werktuig), skep(pe); grote houten —, bats, slatskep(pe); platte — om mest uit de groep te scheppen, skytskoffel, mjuksskep(pe).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: