rotzooi
...
Marc De Coster (2020-2024)
(1914) (sold.) kazerne; dienst. Naar een populair soldatenliedje. 'De rotzooi uitgaan': met groot verlof gaan. • Rotzooi: kazerne of de geheele dienst. Rotzooi: de rotzooi uitgaan: met groot verlof gaan. Ontleend aan een liedje. (Jac. van Ginneken: Handboek der Nederlandsche taal. Deel II. De sociologische structuur onzer taal II. 1914. Solda...
Muiswerk Educatief (2017)
rotzooi - zelfstandig naamwoord uitspraak: rot-sooi 1. rommelige, vieze boel ♢ wie heeft hier zoveel rotzooi gemaakt? Zelfstandig naamwoord: rot-sooi de rotzooi Synoniemen bende, mikmak, puinhoop, romm...
Marc De Coster (2017)
Rotzooi - de rotzooi uitgaan: met groot verlof gaan. Ontleend aan een liedje. Ook een term om het leger mee aan te duiden. Zie ook pond.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m., (plat) rotte, ellendige boel; rommel zwijnerij, troep; in de verb.: de hele -, de hele boel (zonder dat het bepaald rommel hoeft te zijn).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: