Wat is de betekenis van PRIESTERSCHAP?

2024-04-28
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Priesterschap

het → sacrament, dat door de oplegging der handen en het gebed van den bisschop aan de bedienaren der H. Kerk de macht en genade verleent hun ambt naar behooren uit te oefenen. Alleen de bisschop kan het priesterschap toedienen. De priesters bezitten als voornaamste → wijdingsmacht de macht het H. → Misoffer op te dragen en de zonden...

2024-04-28
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

PRIESTERSCHAP

Men onderscheidt ambtelijk en algemeen priesterschap. 1. AMBTELIJK PRIESTERSCHAP. Christus was Hogepriester, Herder en Leraar. Aan het kruis heeft Hij als Hogepriester, Middelaar tussen God en de mensen, namens hen aan God het opperste offer van lof (Hebr. 7 : 1) gebracht en zijn zoonschap van nature heeft Hij over hen uitgebreid; als Herder heeft...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Priesterschap

1. o., waardigheid van priester; 2. v., de gezamenlijke priesters.

2024-04-28
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Priesterschap

(1) (R.K.), het sacrament, bij welks toediening de bisschop aan hen, die hij daartoe geroepen acht, door handoplegging en gebed de macht verleent om het priesterschap van Christus voort te zetten. Andere daarbij gebruikelijke ceremoniën zijn: de overreiking van de offervoorwerpen, de bekleding met de priesterlijke gewaden, de zalving der hande...

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

priesterschap

1. o. (één der zeven sacramenten i. d. R.-K. kerk; ook: waardigheid van priester); 2. v. priesterschappen (collectief: al de priesters): de Joodse priesterschap.

2024-04-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Priesterschap

→ Priester.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

priesterschap

1. o. Eig. waardigheid van priester. 2. Metn. v. gezamenlijke priesters.

2024-04-28
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Priesterschap

Priesterschap, - in de R.-K. kerk een der zeven sacramenten en de hoogste der zeven wijdingen (Ordines). Het is tweeledig: het p. van den eersten rang (sacerdotium primi ordinis), d. i. de bisschoppelijke waardigheid, en het p. van den 2den rang (sacerdotium secundi ordinis) of p. in engeren zin. De wijding van het p. is, volgens de R.-Kath. leer,...

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

priesterschap

v., 1. de priesters in een samenleving waarin zij zich tot een eigen groep, klasse enz. ontwikkeld hebben; 2. o., (r.k.) sacrament, het zesde in rangorde, dat een man na de priesterwijding stempelt tot wat hij is: voorganger in de liturgie, bedienaar van de sacramenten, herder van de gelovigen. Zie ambt.