Wat is de betekenis van pig?

2024-04-28
Lexicon Energiemarkt

Jean-Paul Pinon (2003)

Pig

Zie: rager.

2024-04-28
Yiddish Slang

Fred Kogos (1966)

Pig

Chazzer.

2024-04-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

pig

I. 1. varken(svlees); big; 2. fig schrok; smeerlap; stijfkop; mispunt; 3. gieteling: klomp ruw ijzer; blok [lood]; schuitje [tin]; have brought one’s pigs to the wrong market, 1. van een koude kermis thuiskomen; 2. aan ’t verkeerde kantoor zijn; buy a pig in a poke, een kat in de zak; when pigs fly, als de kalvers op 't ijs dansen;...

2024-04-28
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Pig

(The green ~), (Eng.) het groene varkentje, naam (wegens omvang en kleur) van de jaarlijkse boekenlijst der Amer. uitgevers.