oud wijf
1) (18e eeuw) (spot.) nieuwsgierig persoon, bemoeial; praatziek persoon; zeurkous. Soms ook: bange man. • Ik voorzie gemakkelyk dat het my niet missen zal door zommige myner wyste Lezers alhier uitgelagchen te worden als een ligtgelovige bloed, die uitgediende beuzelpraatjes voor grondig aanneemt, en de toverkonst, waar mede de oude wyven onde...