Wat is de betekenis van ossenhaas?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ossenhaas

m. (...hazen), lendespier van een os.

2025-07-16
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

ossenhaas

lendenspier van een rund. in de lendenen gelegen, malse, magere spier (de haas) van een rund, waarvan het beste vlees verkregen wordt. Voorbeelden: Chateaubriand met rozijnen portsaus. Ingrediënten: * 2 biefstukken van de ossenhaas à 300 gram * 1 à 2 eetlepels rozijnen * 3 eetlepels port * 75 gram boter * 1 bekertj...

2025-07-16
Culinair van a tot z

Peter Joh. M. Zuidweg (2016)

ossenhaas

Groot vlees en wordt gesneden van de ‘haas’, het meest mals stuk van het rund. Vlees van de ossenhaas heeft een kenmerkend, ietwat zoete smaak. De ossenhaas wordt gebruikt voor het snijden van de bekende ‘haasbiefstukken’, namelijk: a. Chateaubriands b. Tournedos c. Filet mignons (zie ook : biefstuk van de haas) ​

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ossenhaas

m. —hazen (lendestuk van een os); ossenhuid v. -en ( vel van een os).

2025-07-16
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)