Wat is de betekenis van Ongel?

Gestold, hardachtig dierlijk vet, meestal van een os. Het werd gemengd met pek. Met deze kneedbare substantie werden doodkisten waterdicht gemaakt, respectievelijk kieren en reten dichtgestopt. Een prijsvoorschrift uit 1772 van de stad Nijmegen betreffende doodkisten geeft onder andere aan: 'Sullen de Kistemakers gehouden sijn, de voegen der kisten...

s., ongel.

v., vet dat verkregen wordt uit de inwendige delen van runderen, schapen, geiten enz., ook smeer of talk genaamd, en bij varkens reuzel; — (dicht.) vet in ’t algemeen.

v. (gestold dierlijk vet; smeer, talk, reuzel): vettig als ongel.

('ongəl) v. gestold dierlijk vet, smeer, talk, reuzel : dient voor het maken van kaarsen, zeep enz. ; vettig als -.

v./m., gestold dierlijk vet, smeer, talk.

...

...

Ongel v. het vet dat verkregen wordt uit de inwendige deelen van runderen, schapen, geiten enz. ook smeer of talk genaamd, en bij varkens reuzel; (dicht.) vet in 't algemeen.