Wat is de betekenis van onbekwaam?

2024-04-27
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

onbekwaam

ongeschikt. niet in staat om iets naar behoren te doen; niet in staat om zelfstandig adequaat te handelen; ongeschikt. Voorbeelden: Bij een doelpunt van de Spanjaard Salinas bleek de grensrechter onbekwaam zowel het oude buitenspelreglement als de nieuwe richtlijn (die een spits het voordeel van de twijfel gunt) toe te passen. De...

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

onbekwaam

(1914) (euf.) dronken. • Ook hij is niet afkeerig van een „spatje”, integendeel! maar „onbekwaam” ziet men hem nooit. (De Telegraaf, 18/06/1914) • Het aantal synoniemen van het begrip „dronken zijn” is erg groot. Hier komen er een paar; aanvullingen op de lijst zijn van harte welkom. Hij is dronken; b...

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onbekwaam

onbekwaam - Bijvoeglijk naamwoord 1. (van een persoon) niet in staat om bepaalde taken of functies goed uit te voeren Woordherkomst afleiding van bekwaam met het voorvoegsel on- Synoniemen incompetent Antoniemen bekwaam, competent

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

onbekwaam

onbekwaam - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: on-be-kwaam 1. wie iets niet goed kan ♢ hij is onbekwaam om voor de klas te staan 2. juridisch niet bevoegd tot handelen ♢ hij is onbekwaam om getuig...

2024-04-27
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

onbekwaam

door het gebruik van alcohol niet in staat om te denken of als een denkend wezen te handelen; door de drank helemaal beneveld, beschonken. Voorbeeld: ‘Ik heb hem nog nooit onbekwaam gezien.’ Bij P. Bernagie (‘StudentenLeven’. 1684) lezen we ‘nuchteren en bekwaam’. Je moet niet denken, dat, dat ik onbekwaam ben - neen, ik ben zoo nuchteren, als jij...

2024-04-27
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

onbekwaam

zie arbeidsonbekwaam, werkonbekwaam.

2024-04-27
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

onbekwaam

Van pers.: lichamelijk of geestelijk niet in staat zijnde (om arbeid te verrichten), ongeschikt. Onbekwaam om zijn beroep uit te oefenen, Sociaalrechtelijk Wdb. 1958, 137. Afl./Sam.: onbekwaamheid, arbeidsongeschiktheid (Ziekte- en invaliditeitsverzekering ... 1. Primaire onbekwaamheid. - Veranderlijke bedragen die 60% van de verlor...

2024-04-27
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

onbekwaam

ongeskik, onbruikbaar; beskonke.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onbekwaam

adj., ûnbikwaem.