mollig
mollig - Bijvoeglijk naamwoord 1. een beetje dik, 'volslank', rondvormig 2. zacht en verend Woordherkomst afgeleid van mol met het achtervoegsel -ig
Wiktionary (2019)
mollig - Bijvoeglijk naamwoord 1. een beetje dik, 'volslank', rondvormig 2. zacht en verend Woordherkomst afgeleid van mol met het achtervoegsel -ig
Muiswerk Educatief (2017)
mollig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: mol-lig 1. zacht en met ronde vormen ♢de baby heeft mollige handjes Bijvoeglijk naamwoord: mol-lig ... is molliger dan ... het molligst ...
Marc de Coster (2004)
Dik; goed in het vlees. Mollig (dat eerder van toepassing is op kinderen) is voor de meeste vrouwen nog steeds aanvaardbaarder dan het afwijzende ‘dik’. Zie ook Rubensiaans*. ’t Mollige blondje, zijn dikzak, noemde hij haar (t. w. zijn dochtertje). H. Robbers: De Roman van een gezin. 1. De Gelukkige Familie. 1909. II. Eén voor één. 1910, gecite...
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. bw. (-er, -st), 1. zacht, week op het gevel: de spenen van de koe voelde zij mollig tussen de vingers; inz. bestaande uit zachte haren of veren; een mollige leunstoel. 2. (van personen en hun lichaamsdelen) niet scherp en hoekig van omtrek en lijnen, rond en vol: een mollig handje; een mollig kind; ― ook van omtrekken en li...
M. J. Koenen's (1937)
bn., bw.; zacht, week op het gevoel; niet scherp en hoekig van omtrek en lijnen, poezelig: een mollig kindje; mollige wangen; mollig schilderen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: