Wat is de betekenis van markten?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

markten

markten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord markt

2024-04-27
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Markten

De markt vindt haar oorsprong in het in de Middeleeuwen aan sommige steden toegekende privilege van het stapelrecht. Op de plaatselijke week- of jaarmarkten, de zogenaamde geografische markten, treffen we produkten (waaronder dieren), kopers en verkopers aan. Voor een goede markt was, en is nog steeds, de infra-structuur van essentieel belang. Zond...

2024-04-27
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

MARKTEN

markten zijn praktisch onveranderd gebleven sedert de 13de of 14de eeuw; in vroegere grote steden waren er meerdere markten m een week en er werd meer verhandeld. Naast etenswaren en huishoudelijke artikelen ook turf, hout. stro, steen, kalk enz., maar de opzet was vrijwel gelijk aan een markt in onze dagen. Marktpleinen verlenen een grote bijdrage...

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Markten

v., merkje.

2024-04-27
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Markten

afdingen; te markt gaan.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Markten

(marktte, heeft gemarkt), 1. ter markt brengen : een koe markten ; op buitenlandse havens markten; 2. ter markt gaan.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

markten

de boerin marktte, heeft gemarkt; de markt bezoeken (om waren te verkopen).

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

markten

('marktən) (markte, heeft gemarkt) 1. ter markt brengen om te verkopen : een koe -. 2. naar de markt gaan inz. om waren te verkopen.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

markten

(marktte, heeft gemarkt), I. (overg.) op de markt brengen: een koe markten; op buitenlandse havens markten; II. (onoverg.) naar de markt gaan.