Wat is de betekenis van luizen (afvangen, ontfutselen)?

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

luizen (afvangen, ontfutselen)

(luisde, heeft geluisd),I. (overg.). 1. de luizen afvangen, de luizen knippen; 2. ontfutselen, rollen: iemands beurs luizen; II. (onoverg.) (gemeenz.) erin luizen, erin lopen, tegen de lamp lopen.