Wat is de betekenis van Lichtekooi?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

lichtekooi

prostituee. vrouw van lichte zeden; prostituee. Voorbeelden: Er zijn vele associaties te maken omtrent de kleding van het jonge grut dat op die feesten en dansavonden rondlopen. Zedelijk of onzedelijk bedoeld, maar er zijn soms wel degelijk vergelijkingen te trekken met de alombekende dames van plezier, lichtekooien, hoeren of prosti...

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

lichtekooi

lichtekooi - Zelfstandignaamwoord 1. (scheepvaart) vrouw van lichte zeden, met name een hoer die zeelui bedient Zij was een echte lichtekooi. Woordherkomst samenstelling van licht en kooi met het invoegsel -e- Synoniemen hoer, prostitué, prostituee, slet, snol

2024-04-26
Jargon & Slang van Prostituees en pooiers

Marc De Coster (2017)

Lichtekooi

Lichtekooi - sedert de 17de eeuw de benaming voor een hoer. Niet: iemand die nogal vlug met een ander kooit of naar de kooi ( = bed) gaat, maar: iemand die haar kooi ( = achterste) onder het lopen voortdurend oplicht. In de 17de eeuw kende men ook de schuddemakooi. Benamingen voor hoeren in andere talen: Eng. hooker, hustler, working girl, floozie...

2024-04-26
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

lichtekooi

Vriendelijker benaming voor een hoer. De term dateert uit de zestiende eeuw. Met ‘kooi’ bedoelde men achterste. De letterlijke betekenis is dus ‘gemakkelijk met het achterste bewegend’. Men sprak toen ook over een ‘licht wijf’. Van Sartre verscheen in vertaling ‘De eerbiedwaardige lichtekooi’. In de oude uitgaven hiervan staan bij de originele tite...

2024-04-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Lichtekooi

[v. Z.N. koye = achterste, en lichten = optillen] prostituée.

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Lichtekooi

s., ljidske (it), lodske (it); -en, huorren en snuorren.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

lichtekooi

('lichtә) v. (-en) meisje, vrouw van lichte, losse zeden.

2024-04-26
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Lichtekooi

Onder eene lichtekooi, Zuid-Nederland lichtkooi, verstaat men sedert de 17de eeuw eene hoer, eene lichte, onzedelijke vrouw, eene vrouw van den stam van Levi (woordspel met lat. levis, licht). In eigenlijken zin wil dit woord niet zeggen ‘iemand die licht met een ander kooit of ter kooi gaat’ (Halma en Tuinman I, 22...

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

lichtekooi

v. (-en), prostituée.