ledigheid
...
Wiktionary (2019)
ledigheid - Zelfstandignaamwoord 1. het niets doen, het niets te doen hebben ♢ Het is gebeurd. Mijn manuscript heb ik naar de uitgever gemaild. Liefst zou ik in deze dagen van ledigheid en leegte een rouwadvertentie in de krant willen plaatsen en mijn gezicht als een old skool-weduwe bedekken met zwart...
Van Dale Uitgevers (1950)
LEEGHEID, v., 1. hét vrij zijn van werkzaamheden: lust en ledigheid om iets behoorlijk te doen : — leegloperij : hij leeft in ledigheid; 2. luiheid ; (spr.) ledigheid is des duivels oorkussen, leidt tot allerlei kwaad: 3. het niets bevatten, afwezigheid van inhoud of vulling : de betrekkelijke ledigheid van he...
Jozef Verschueren (1930)
('le:dəcheit) v. het → ledig zijn inz. 1. (1) werkeloosheid, luiheid : baart verveling; zijn tijd in doorbrengen; is des duivels oorkussen, leidt tot allerlei kwaad. 2. (3) : de van een gebouw, van de kas.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., 1. leegheid, het vrij zijn van werkzaamheden: lust en om iets behoorlijk te doen; leegloperij: hij leeft in ledigheid; 2. luiheid; (spr.) ledigheid is des duivels oorkussen, leidt tot allerlei kwaad.
J.H. van Dale (1898)
Ledigheid v. het niet gevuld zijn; ruimte; werkeloosheid; luiheid; — (spr.) ledigheid is des duivels oorkussen, leidt tot allerlei kwaad.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: