joker
1) (1960+) (jeugd) gek; iemand die zichzelf belachelijk maakt; sukkel, slappeling. Zie ook ‘Jan* Joker’; ‘ijle joker’; ‘als een joker’; de joker uithangen’; ‘iemand voor joker zetten’. • „Op dergelijke kreten van die joker kan ik geen zinnig commentaar geven," zei de heer Geerdink hi...