Wat is de betekenis van Inkorting?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Inkorting

v. (-en), het inkorten ; — (rechtst.) inkorting van giften, terugvordering door de wettelijke erfgenaam wiens legitieme portie er door geschonden is.

2025-07-16
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Inkorting

zie Wettelijk erfdeel.

2025-07-16
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Inkorting

(Ned. recht). I. of vermindering van giften of schenkingen, hetzij onder levenden, hetzij bij uitersten wil gemaakt, vindt plaats, wanneer deze giften of schenkingen aan het wettelijk erfdeel van anderen mochten tekort doen. De actie tot i. wordt toegekend aan de legitimarissen en hun erfgenamen of rechthebbenden (zie art. 963a, 967 en 973 B.W.)....

2025-07-16
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

inkorting

v. (-en), het inkorten; (recht) — van giften, terugvordering door de wetteüjke erfgenaam wiens legitieme portie erdoor geschonden is. (e) Indien inkorting plaatsvindt, geschiedt deze allereerst op de door de erflater gedane makingen, naar evenredigheid van de grootte daarvan; de erflater kan bepalen dat inkorting op makingen in een ander...