iemand een kunstje flikken
(1953) (inf.) iemand een loer draaien, beetnemen. Ook: iemand overleveren aan de politie. • Vervolgens begon hij erover na te denken, wie hem "dat kunstje geflikt kon hebben". (De tijd, 03/03/1953) • "Je hebt hem daar een mooi kunstje geflikt", zei er een. (De Volkskrant, 29/04/1960) • Christopher is de verloren zoon die indertijd...