griel
griel - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) Burhinus oedicnemus een steltloper uit de familie Burhinidae ♢ De griel heeft een vrij dikke kop en opvallend grote ogen; deze nachtvogel was to 1958 broedvogel in het Nederlandse duingebied.
Wiktionary (2019)
griel - Zelfstandignaamwoord 1. (vogels) Burhinus oedicnemus een steltloper uit de familie Burhinidae ♢ De griel heeft een vrij dikke kop en opvallend grote ogen; deze nachtvogel was to 1958 broedvogel in het Nederlandse duingebied.
Vogelbescherming Nederland 2009)
In de periode 1800-1957 was de griel een schaarse broedvogel in de duinen van Noord- en Zuid-Holland. Wel worden er sporadisch in het voor- en najaar doortrekkers waargenomen. De griel is zeer goed gecamoufleerd en valt in een open zanderige omgeving bijna niet op. Bij onraad drukt hij zich tegen de grond. Heeft een verborgen levenswijze, zeker in...
Klaas J. Eigenhuis (2004)
Burhinus oedicnemus (Linnaeus: Charadrius) 1758. Voormalige N broedvogel uit de duinstreek. De soort heeft een nogal teruggetrokken levenswijze (vgl. volksnaam Doornsluiper ←), maar kan gedurende het voorjaar zeer luidruchtig zijn en dan een schrille Wulpachtige roep laten horen. Hiernaar zou de vogel genoemd kunnen zijn1,2. Klanknabootsend zi...
Winkler Prins (1949)
of doornsluiper (Burhinus oedicnemus), vogel uit de fam. der Renvogels*. Vrij zeldzaam in de duinen ; komt eind Maart in Nederland en vertrekt Sept. Rug geelgrijs met zwarte strepen en lichte randen. Onderzijde grijs, wit gestreept. Buik wit. Poten en snavel geel. 40 cm hoog; voedsel: insecten, kevers, muizen. 2 eieren, die gewoon in het zand geleg...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: