Wat is de betekenis van Grande?

2024-04-30
Verklarend Woordenboek Plantennamen

Dr. C. A. Backer (1936)

grande

grande, - zie grandis.

2024-04-30
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Grande

1 [Sp., zie gran] hoogadellijke edelman. 2 ook: 2 gram (gewest.) het deel dat iem. rechtens toekomt, legitieme portie; wat iem. rechtmatig te vorderen heeft; zijn gram (grande) halen, zijn wraak koelen (lett.: zijn toekomend deel halen).

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Grande

adellijk persoon (Sp.)

2024-04-30
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Grande

Spaanse titel voor een lid van de hoogste adel.

2024-04-30
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Grande

1) het toekomende deel; zijn grande halen: zich wreken; hij kan zijn grande niet krijgen: hij is vol machteloze woede 2) edelman van oude adel in Spanje.

2024-04-30
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

grande

groot; veel, overvloedig; hevig; uitstekend; grande velocita, eilgoed; un gran che, iets bizonders (meestal negatief gebruikt); volwassene; hooggeplaatst persoon; fare il grande, farsi grande, zich groot voordoen; alla grande, op voorname wijze; (zeer) veel.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Grande

(Sp.), m. (-s), titel van de hoogste adel in Spanje, rijksgrote: de zwier van een Spaanse grande.

2024-04-30
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Grande

de hoogste adellijke titel in Spanje.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Grande

adj. groot, hoog, lang, breed, wijd; m. grande de España, Spaanse grande; en in het groot, als geheel; estar, o vivir, en grande, op grote voet leven.