Wat is de betekenis van Grand?

Groot. De volledige uitvoering van een oefening zoals grand plié, grand battement, grand élévation, grand écart. Tegenovergestelde van petit (klein) en demi (half).

I. groot, hoog, lang; hevig, sterk, zwaar; voornaam, gewichtig; edel, verheven; vol, geheel; grand âge, hoge ouderdom; grands amis, dikke vrienden; grand blessé, zwaargewonde; grand chasseur, hartstochtelijk jager; grande coquette, jonge kokette vrouw; grande dame, voorname dame; grand homme, groot man; grand travailleur, flink werker;...

I. groot, groots; voornaam, edel, prachtig; do the grand, de grote heer uithangen, mooi weer spelen; II. 1. vleugel (piano); 2. Am 1000 dollar.

jeu. (Fr.) Op het harmonium het register, dat alle stemmen in het volle werk vereenigt.

Grand - (Sarah), pseudoniem der Eng. schrijfster M’Fall (geb. Clarke), geb. 1860, reisde veel in Japan, China en Indië; haar naam als schrijfster vestigde zij met den roman The Heavenly Twins (1893), een eersteling in Engeland op het gebied van de vrouwenromans, die zich met het vraagstuk der seksen en met de emancipatie der vrouw bezighouden. Sara...