Wat is de betekenis van friemel?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

friemel

1) (2009) (euf.) vrouwelijk geslachtsdeel. Vr. tegenhanger van piemel*. Ook wel: miemel*. • (Seksuele volkstaal en eufemismen op Wikipedia. 2009) • Hoe ze er precies bij komt dat meisjes een friemel hebben weet ik natuurlijk niet. Maar ik kan wel een wilde gok doen. Sinds een tijdje is ze zichzelf en anderen aan het ontdekken. In die zin...

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

friemel

friemel - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van friemelen ♢ Ik friemel 2. gebiedende wijs van friemelen friemel! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van friemelen friemel je?...

2024-04-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

friemel

gefriemel, frommel.